Welke scenario’s zijn mogelijk als een flexwoning moet worden verplaatst?

Flexwoningen

Een flexwoning is geplaatst op grond met een tijdelijke woonbestemming. Er zijn verschillende scenario’s mogelijk wat er na het aflopen van deze termijn gebeurt: 

  1. De flexwoning kan blijven staan op dezelfde locatie. 
  2. De flexwoning wordt verplaatst naar een andere locatie binnen dezelfde gemeente. 
  3. De flexwoning wordt verplaatst naar een andere locatie buiten de gemeente.
  4. De flexwoning kan niet verplaatst worden naar een andere locatie in Nederland. Mogelijk kan de woning worden verkocht en geplaatst in het buitenland. Of de woning wordt gedemonteerd en de materialen hergebruikt.

In scenario 2 en 3 bepaalt de consument zelf of deze meegaat naar de andere locatie en in de woning blijft wonen. Of dat de woning wordt verkocht.

In eerste instantie is een gemeente verantwoordelijk voor het vinden van een nieuwe locatie voor een flexwoning. Ze kijken of een flexwoning herplaatst kan worden in dezelfde regio. Slaagt een gemeente er niet in om een volgende locatie te vinden in de directe omgeving? Dan moet naar een andere locatie gekeken worden. Voor sociale huur werkt de overheid hiervoor met een marktmeester. Deze brengt landelijke locaties, beschikbare woningen en wensen van gemeenten in kaart. Het is de wens van NHG dat deze ondersteuning van de marktmeester in de toekomst ook beschikbaar komt voor de koopsector.